Ik weet dat het topic oud is, maar wou even op reageren
Tijdens de Tweede Wereldoorlog bleef Turkije voor het grootste deel neutraal, wat de ergernis van zowel de geallieerden als van de As-mogendheden opriep. Deze strikte neutrale politiek van Inönü leidde tot een strenge perscensuur en een verbod op pro- en anti-fascistische propaganda. Een poging van de Duitse ambassadeur in Ankara, Franz von Papen, om de Turken te verleiden om mee te doen aan de oorlog aan Duitse zijde, liep spaak op de onwil van Inönü om oorlog te voeren tegen de geallieerden (1941).' De Geallieerden op hun beurt vestigden een Brits-Amerikaans Coördinatie Comité in Ankara (1941-1945) en Churchill kwam op 30 januari 1943 naar Turkije (Adana) om Inönü te ontmoeten; de ontmoeting was in de presidentiële trein op het station van Yenice bij Adana 'Pas in april 1945 verklaarde Turkije - onder hevige druk van de geallieerden - de oorlog aan de As-mogendheden.’
Turkije, waar al eeuwenlang een grote joodse gemeenschap woonde, kreeg direct na de machtsovername door Hitler (1933) te maken met joodse vluchtelingen. Zij behoorden tot de ‘intellectuelenvlucht’ uit nazi-Duitsland, waarin zich naast joodse geleerden ook liberale, katholieke en sociaal-democratische wetenschappers bevonden. De Turkse regering zag deze wetenschappers als een welkome bijdrage aan de modernisering van de samenleving en bood hun werk aan op universiteiten en ziekenhuizen van Istanbul en Ankara. Bijna was ook Albert Einstein naar Turkije afgereisd. Hij kreeg een aanbod van de universiteit van Istanbul, maar koos op het laatste moment voor een benoeming tot hoogleraar in Princeton in de VS. De wetenschappers uit Duitsland vormden een geheel eigen leefgemeenschap, al was het maar omdat ze een salaris ontvingen dat vijfmaal hoger was dan dat van hun Turkse collega’s.